"Door de hevigheid van de impact splitst de Carrera GT zich in tweeën": Paul Walker, slachtoffer van overmoed

Je moet je sportwagen nooit het stuur toevertrouwen. Zelfs niet aan een vriend. En al helemaal niet aan een Porsche Carrera GT. De supercar van de Duitse fabrikant vereist echte rijvaardigheid, en als je dat niet doet, vereist hij een zekere nederigheid. Paul Walker wist dit. Deze grote roadster, die als conceptauto verscheen op de ochtend van de opening van de Autosalon van Parijs in 2000, was oorspronkelijk ontwikkeld om te racen in de 24 uur van Le Mans. Na de stopzetting van het sportwagenprogramma besloot Porsche een straatversie van zijn racewagen te produceren in een gelimiteerde oplage van 1.500 exemplaren.

Destijds vertegenwoordigde deze GT het toppunt van productie. Alleen de Formule 1 concentreerde zoveel nieuwe technologie: een monocoque-cel van koolstofvezel, een synthetische carrosserie, een V10-motor achterin in het midden, remschijven en een keramische koppeling. Het resultaat was een leeggewicht van slechts 1.380 kilo bij een vermogen van 612 pk...